Kolossenzen – Een aansporing tot eenheid in liefde #4 De waarheid spreken

 

 

Hoofdstuk 4 – de waarheid spreken

We hebben gezien dat de centrale aansporing van deze brief is, zoals uitgedrukt in de woorden van Paulus ‘ gebed
voor de gelovigen:

« opdat hun harten vertroost zouden worden in de liefde, en tot alle rijkdom van de volle zekerheid van het verstand, tot de erkenning van hun verborgenheid van God, en van de Vader, en van Christus » (Kol.1:2).

Verenigd in een « volledige verzekering van begrip », ervaren ware broeders in Christus een vreugdevolle gemeenschap die elke vriendschap die de wereld kan bieden, veel te boven gaat. Want de eenheid van de gelovigen moet in zekere mate die volmaakte eenheid weerspiegelen die bestaat tussen de Vader en de Zoon. Zo bad de Heer:

« bewaar door uw naam degenen die Gij mij gegeven hebt, opdat zij één zijn, zoals wij zijn … en ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor hen die door hun woord in mij zullen geloven, opdat zij allen één zijn; zoals Gij, Vader, in mij zijt en ik in U, opdat ook zij één zijn in ons … en de heerlijkheid die Gij mij gegeven hebt, heb ik hun gegeven, opdat zij één zijn, zoals wij één zijn » (Joh 17:11,21,22).

Met Christus verrezen zijn in de doopwateren van een typisch graf (Kol.3, 1), is een krachtige invloed die broeders onweerstaanbaar samenbrengt, ongeacht hun persoonlijke verschillen. In tegenstelling tot het moeras van de mensheid die alleen het hunne zoekt, wiens enige verlangen is om de kruipende instincten van het vlees te bevredigen, hebben de Broeders van Christus geen oog voor de tijdelijke voordelen van dit leven. In plaats daarvan, één met hem, en in hem, proberen ze hun genegenheid te vestigen

« over de dingen boven, niet over de dingen op de aarde » (Kol. 3:2).,

want ‘boven’ is waar hun Meester is, en daarom is hun hoop op leven Verborgen (3:3). Het zijn elementen van een nieuwe schepping (2 Kor.5:17), gevormd naar het beeld en de gelijkenis van hun maker (Kol. 3:10) – de samenstellende delen van een « nieuwe mens » (Kol. 3:10), gevormd door de levende invloed van het woord op de tafelen van hun hart. En als een nieuwe mens – compleet in Christus, die geen behoefte heeft aan verdere toevoeging door middel van de tradities van de mensen en de Judaïstische invloed van degenen die hen willen laten geloven in « een ander evangelie » – staan ze heel, met wederzijdse achting voor elkaar,

« verdraag elkaar en vergevensgezind » (Kol. 3:13),

zoals Christus hen vergaf.

 

+

Voorgaande

1. Kolossenzen – Een aansporing tot eenheid in liefde #1 Scheiding van de wereld
2. Kolossenzen – Een aansporing tot eenheid in liefde #2 Volledigheid van het verenigde lichaam van Christus
3. Kolossenzen – Een aansporing tot eenheid in liefde #3 Leven in de waarheid
4. Deelnemers zich verenigend tot één lichaam
5. Eenheid met Christus is als lijm die ons bij elkaar moet houden
6. Gedoopte gelovigen in de wereld gelaten om te gebruiken
7. Jezus hoogpriesterlijk gebed voor eenheid

++

Aanvullend

1. Geestelijke energie noodzakelijk voor de mens
2. Wees druk bezig met het belangrijke teken van geloof
3. Eenheid in Jezus en Jezus in ons en God in hem
4. Verzoening en Broederschap 3 Verenigen onder de Hoeksteen
5. Verzoening en Broederschap 7 Eén zijn
6. Samen werken aan een Open Gemeenschap
7. Het Wachttorengenootschap over Christadelphians #2 Over liefde
8. Christenen die het juiste hart hebben om anderen te roepen om naar God te komen
9. Kerk met toekomst

Gedoopte gelovigen in de wereld gelaten om te gebruiken

In het vorige hoofdstuk hebben we gezien hoe Jezus voor eenheid bad onder zijn volgelingen die hij aanzag als mensen die hem toevertrouwd waren.

Jezus zei in zijn gebed tot God dat zijn discipelen, zijn hemelse Vader toebehoren en zich zullen weerspiegelen in hem.

“Al het mijne is het uwe, en het uwe het mijne; Ik ben verheerlijkt in hen.” (Johannes 17:10)

“Zij zijn van U. Alles wat van Mij is, is van U. En wat van U is, is van Mij. In hen wordt weerspiegeld wie Ik ben.” (Johannes 17:10 BOEK)

Ook vraagt Jezus dat de discipelen één mogen zijn, zoals de Vader en hij ook één zijn en Jezus één is met zijn volgelingen.

“Ik verlaat de wereld en kom bij U, maar zij blijven nog in de wereld. Heilige Vader, bescherm hen in Uw naam, die U Mij gegeven hebt, zodat zij één kunnen zijn zoals Wij.” (Johannes 17:11 BOEK)

Hier ‘achtergebleven’ in deze wereld hebben we die bescherming van God nodig. In onze gemeenschap moeten we verder opkomen voor elkaar. Samen moeten we één sterke gemeenschap vormen waarbij opvang voorzien voor hen die nog niet gedoopt zijn. Hen moeten we aantonen dat we ons best laten vormen door het Woord van God. Door in dat Woord te geloven kunnen wij kennis verkrijgen en gezuiverd worden.

“Maak hen zuiver en heilig door hen te onderwijzen in Uw woord van waarheid.” (Johannes 17:17 BOEK)

Hiervoor hebben we de meester onderwijzer in wie wij alle vertrouwen hebben en als onze hogepriester herkennen.

“26 Daarom is Hij precies de hogepriester die wij nodig hebben: Hij is heilig, onberispelijk en onbesmet; Hij is van de zondaars afgezonderd en heeft de hoogste plaats in de hemelen gekregen. 27 Gewone hogepriesters hebben elke dag het bloed van offerdieren nodig om hun eigen zonden en die van het volk te bedekken. Maar Jezus Christus heeft eens en voorgoed alle zonden uitgewist toen Hij Zichzelf offerde aan het kruis.” (Hebreeën 7:26-27 BOEK)

Door Christus offerdaad heeft iedereen de kans gekregen om verlost te zijn van de vloek van de dood. Jezus vroeg aan God niet om de gelovigen uit de wereld weg te nemen, maar juist om ze in de wereld te gebruiken. Zoals Jezus in de wereld was gestuurd, hebben nu de gelovigen die zich aan Christus Jezus hebben overgegeven, ook dezelfde opdracht als Jezus had gekregen. Jezus heeft ons dezelfde opdracht toebedeeld, om namelijk uit te gaan in de wereld.

“Ik stuur hen de wereld in, zoals U Mij de wereld hebt ingestuurd.” (Johannes 17:18 BOEK)

“ »Vrede! » zei Jezus. « Zoals de Vader Mij gestuurd heeft, zo stuur Ik jullie. »” (Johannes 20:21 BOEK)

“Ga er daarom op uit om alle volken tot mijn discipelen te maken. Doop hen in de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest. Leer hen altijd te doen wat Ik u heb gezegd.” (Mattheüs 28:19 BOEK)

“Want je moet anderen leren wat ik jou en vele anderen geleerd heb. Leer deze grote waarheden aan betrouwbare mannen, die ze op hun beurt weer aan anderen kunnen doorgeven.” (2 Timotheüs 2:2 BOEK)

Best kunnen we nu onze gemeenschap open stellen naar allen die tot ons willen komen of benieuwd zijn naar onze leerstellingen. Door ons openlijk op te stellen kunnen we dan al onze bezoekers de mogelijkheid geven te zien dat wij gehecht zijn aan het volgen van de Bijbel. Dan kunnen ze er van overtuigd worden dat die verzamelbundel onze Gids is en dat wij een gemeenschap zijn die zich niet houdt aan kerkelijke dogma’s maar enkel aan de bepalingen en leerregels opgegeven in de Bijbel.

Ook al hebben wij de tekenen van de terechtstelling van Jezus niet gezien en hebben zijn verrijzenis en hemelvaart niet mogen meemaken, toch zijn we ervan overtuigd, dat die wonderen hebben plaats gegrepen. De optekening in het Boek der boeken is voor ons voldoende om te geloven en verder het Goede Nieuws te verspreiden.

“30 Veel van de wonderen die Jezus voor de ogen van Zijn discipelen heeft gedaan, staan niet in dit boek vermeld. 31 Ik heb hier enkele opgeschreven opdat u zult geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God. Als u in Hem gelooft, leeft u in Zijn naam.” (Johannes 20:30-31 BOEK)

Het was Jezus grote verlangen dat zijn discipelen één zouden worden. Hij wilde dat ze verenigd zouden zijn als een krachtige getuigenis van de werkelijkheid van Gods liefde.

Samen een gemeenschap vormend moeten wij nu klaar staan om anderen tot God te brengen. Als broers en zusters van elkaar en van Christus moeten we samen de liefde van Christus delen. Aan familie en vrienden, overal waar we komen moeten we verkondigen wat Jezus en zijn God gedaan hebben.

“ »Ga naar uw familie, » zei Hij, « en vertel hun wat God voor u heeft gedaan. » De man ging overal in de stad vertellen wat Jezus voor hem had gedaan.” (Lukas 8:39 BOEK)

“19 « Ga naar huis, » zei Hij, « naar uw familie en vrienden en vertel hun wat God voor u heeft gedaan, hoe goed Hij voor u is geweest. » 20 De man ging weg en vertelde overal in de provincie Dekapolis wat Jezus voor hem had gedaan. Iedereen luisterde met verbazing naar hem.” (Markus 5:19-20 BOEK)

Enkel gedoopten mogen aanschuiven aan de tafel van de heer. Maar zij die mogen aanzitten kunnen anderen helpen te doen inzien dat ook zij zullen mogen deelnemen aan het brood en de wijn, als zij zich aan God willen overgeven en dit willen bevestigen voor de gemeenschap met hun doop. Zo moet de gemeenschap uitgroeien tot een plaats waar velen deelgenoot zullen mogen zijn, en hiermee hun geloof zullen kunnen bevestigen dat Jezus zich voor hen heeft overgegeven.

In eenheid zullen we zo regelmatig mogen vergaderen, om elkaar aan te moedigen en tezamen Jezus dood te kunnen gedenken.

“Wij moeten ook niet uit onze samenkomsten wegblijven. Sommigen maken daar een gewoonte van, maar dat is niet goed. Wij moeten elkaar bemoedigen en waarschuwen, vooral nu wij zien dat het niet lang meer zal duren, voor de Here Jezus terugkomt.” (Hebreeën 10:25 BOEK)

“Want telkens als u van dit brood eet en uit de beker drinkt, bevestigt u daarmee dat de Here gestorven is. Doe dit tot Hij terugkomt.” (1 Corinthiërs 11:26 BOEK)

+

Voorgaande

1. Onze eerste doopsels in onze kersverse ecclesia
2. Waarom mochten katholieken niet ter communie gaan tijdens de doopdienst
3. Jezus hoogpriesterlijk gebed voor eenheid
4. Deelnemers zich verenigend tot één lichaam
5. Broeders en zusters als één familie
6. Dopelingen eenheid aanbiedend aan ongedoopten
7. Heer God laat ons samenkomen en groeien

++

Aanvullende lectuur

1. Een ongoddelijke wereld
2. Wat te doen om een kind van God te worden
3. De betrokkenheid van geniaal leerlingschap
4. De Taal van de Bijbel: de Tussenmuur
5. Getroost worden door de Allerhoogste en zijn familieVerzoening en Broederschap 7 Eén zijn
6. De gave van vreugde
7. Wat verstaan wij onder catechese
8. Doop en Geloof
9. Tijd voor dit en dat
10. Vertrouwen, Geloof, Roepen en Toeschrijving aan Jehovah #17 Soorten van gebed
11. Één met Christus
12. Werk aan de winkel
13. Op uitkijk staand op de wachttoren
14. Steven Paas’ poging om het wankele zendingsbesef van Westerse christenen te doen ontwaken
15. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #4 Openbare prediking en Wederdopers
16. Getuig van het gehoorde
17. Verkondigen van Evangelie opgetekend in de Bijbel
18. Het Wachttorengenootschap over Christadelphians #3 Verkondigen van het Goede Nieuws
19. Om de noodzakelijke prediking te verwezenlijken
20. De Ekklesia #2 De Gemeente van het Oude Verbond
21. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #4 Openbare prediking en Wederdopers
22. Gods vergeten Woord 5 Verloren Wetboek 4 De ‘katholieke’ kerk
23. Gods vergeten Woord 24 Getuigen 3 De opdracht om te prediken
24. Opkomend voor Christus #2 Sprekend uit liefde voor Christus
25. Prediken tot een ongelovige wereld
26. Predikings werk met goede moed steeds kunnen verwezenlijken
27. Christadelfiaanse geloofspunten #10 Uitzending om redding te verkondigen
28. Christadelfiaanse geloofspunten #11 Redding door het evangelie te geloven

Jesus se hoëpriesterlike gebed vir eenheid

 

 

Aanhalings Uit Die Bybel, God se Woord “1  Nadat Jesus dit gesê het, het Hy na die hemel toe opgekyk en gesê: « Vader, die tyd het gekom. Verheerlik u Seun, sodat die Seun U kan verheerlik. 2 U het Hom immers die volmag oor die hele mensdom gegee om aan almal wat U Hom gegee het, die ewige lewe te gee. 3 En dit is die ewige lewe: dat hulle U ken, die enigste ware God, en Jesus Christus, wat deur U gestuur is.” (Johannes 17:1-3 AF83) “6  « Ek het u Naam bekend gemaak aan die mense wat U My uit die wêreld gegee het. Hulle het aan U behoort, en U het hulle aan My gegee, en hulle het u woord ter harte geneem. 7 Nou weet hulle dat alles wat U My gegee het, van U kom; 8 want die woorde wat U My gegee het, het Ek aan hulle gegee. Hulle het dit aangeneem en tot die oortuiging gekom dat Ek waarlik van U gekom het, en hulle het geglo dat U My gestuur het. 9 « Ek bid vir hulle. Ek bid nie vir die wêreld nie maar vir dié wat U My gegee het, omdat hulle aan U behoort. 10 Almal wat aan My behoort, behoort aan U; en wie aan U behoort, behoort aan My; en Ek word deur hulle verheerlik.” (Johannes 17:6-10 AF83) “Ek bly nie langer in die wêreld nie, maar hulle bly nog in die wêreld. Ek kom na U toe. « Heilige Vader, bewaar hulle in u Naam, die Naam wat U My gegee het, sodat hulle net soos Ons een kan wees.” (Johannes 17:11 AF83) “15 Ek bid nie dat U hulle uit die wêreld moet wegneem nie, maar dat U hulle van die Bose moet bewaar. 16 Hulle behoort nie tot die wêreld nie, net soos Ek ook nie tot die wêreld behoort nie. 17  Laat hulle aan U toegewy wees deur die waarheid. U woord is die waarheid. 18 Soos U My na die wêreld toe gestuur het, het Ek hulle ook na die wêreld toe gestuur;” (Johannes 17:15-18 AF83) “20  « Ek bid egter nie net vir hulle nie, maar ook vir dié wat deur hulle woorde tot geloof in My sal kom. 21 Ek bid dat hulle almal een mag wees, net soos U, Vader, in My is en Ek in U, dat hulle ook in Ons mag wees, sodat die wêreld kan glo dat U My gestuur het.” (Johannes 17:20-21 AF83) “22 Die heerlikheid wat U My gegee het, het Ek ook aan hulle gegee, sodat hulle een kan wees net soos Ons een is: 23 Ek in hulle en U in My, sodat hulle volkome een kan wees, sodat die wêreld kan weet dat U My gestuur het en hulle liefhet net soos U My liefhet.” (Johannes 17:22-23 AF83) “25 « Regverdige Vader, die wêreld ken U nie, maar Ek ken U, en hulle hier weet dat U My gestuur het. 26 Ek het u Naam aan hulle bekend gemaak, en Ek sal dit verder bekend maak, sodat die liefde wat U aan My bewys het, in hulle kan wees en Ek ook in hulle. »” (Johannes 17:25-26 AF83)

Jezus hoogpriesterlijk gebed voor eenheid

Aanhalingen uit Gods Woord. “1  Zo sprak hij. Daarna sloeg Jezus zijn ogen op naar de hemel en zei: ‘Vader, nu is de tijd gekomen, toon nu de grootheid van uw Zoon, dan zal de Zoon uw grootheid tonen. 2 Hij heeft van u macht over alle mensen ontvangen, de macht om iedereen die u hem gegeven hebt het eeuwige leven te schenken. 3 Het eeuwige leven, dat is dat zij u kennen, de enige ware God, en hem die u gezonden hebt, Jezus Christus.” (Johannes 17:1-3 NBV) “6  Ik heb aan de mensen die u mij uit de wereld gegeven hebt uw naam bekendgemaakt. Zij waren van u, maar u hebt hen aan mij gegeven. Ze hebben uw woord bewaard, 7 en nu begrijpen ze dat alles wat u mij hebt gegeven, van u komt. 8 Ik heb de woorden die ik van u ontvangen heb aan hen doorgegeven, zij hebben ze aanvaard en nu weten ze echt dat ik van u gekomen ben, en ze geloven dat u mij hebt gezonden. 9 Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor de mensen die u mij hebt gegeven, omdat zij van u zijn 10 alles wat van mij is, is van u, en alles wat van u is, is van mij – en omdat in hen mijn grootheid zichtbaar geworden is.” (Johannes 17:6-10 NBV) “Ik ben al niet meer in de wereld, ik ga naar u toe, maar zij blijven wel in de wereld. Heilige Vader, bewaar hen door uw naam, de naam die u ook aan mij gegeven hebt, zodat zij één zijn zoals wij één zijn.” (Johannes 17:11 NBV) “15 Ik vraag niet of u hen uit de wereld weg wilt nemen, maar of u hen wilt beschermen tegen de duivel. 16 Ze horen niet bij de wereld, zoals ik niet bij de wereld hoor. 17  Heilig hen dan door de waarheid. Uw woord is de waarheid. 18 Ik zend hen naar de wereld, zoals u mij naar de wereld hebt gezonden.” (Johannes 17:15-18 NBV) “20  Ik bid niet alleen voor hen, maar voor allen die door hun verkondiging in mij geloven. 21 Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden.” (Johannes 17:20-21 NBV) “22 Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: 23 ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.” (Johannes 17:22-23 NBV) “25 Rechtvaardige Vader, de wereld kent u niet, maar ik ken u, en zij weten dat u mij hebt gezonden. 26 Ik heb hun uw naam bekendgemaakt en dat zal ik blijven doen, zodat de liefde waarmee u mij liefhad in hen zal zijn en ik in hen.’” (Johannes 17:25-26 NBV)

 

Dopelingen eenheid aanbiedend aan ongedoopten

Nadat er enkele leden gedoopt zijn hebben zij ongedoopten met vragen achter gelaten. Diegenen die de doop hebben ondergaan kunnen zich nu rekenen onder de broeders van Christus. Voor hen heeft Jezus zekerheid gegeven dat zij mogen uitkijken naar een leven zonder einde indien ze verder blijven zoeken naar de waarheid en voortdurend kennis in zich blijven opnemen.

“Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Hem die Gij gezonden hebt, Jezus Christus.” (Johannes 17:3).

Jezus heeft Gods Naam openbaar gemaakt aan de mensen die Jehovah hem gegeven heeft. Ook hier in onze ecclesia vinden we diegenen die het Woord van God mochten aanhoren en voor waar hebben genomen. Ze hebben de woorden van Jezus voor waar genomen, hem erkennende als de vertegenwoordiger van Die Ene Ware God, Jehovah de Allerhoogste.

“7 Nu weten ze, dat al wat Gij mij hebt gegeven, van U afkomstig is. 8 Want ik heb hun de woorden gebracht, die Gij mij hebt gegeven; zij namen ze aan, erkenden naar waarheid, dat ik van U ben uitgegaan, en geloofden, dat Gij mij gezonden hebt.” (Johannes 17:7-8)

Door het doopsel hebben de nieuwe leden zich aan God opgedragen en zijn zij diegenen waarvoor Jezus nu ook bidt en hen ook aan zijn vader overdraagt.

“9 Ik bid voor hen; Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen, die Gij mij hebt gegeven, omdat ze de uwe zijn. 10 Al het mijne is het uwe, en het uwe het mijne; Ik ben verheerlijkt in hen.” (Johannes 17:9-10)

Achtergebleven in de wereld hebben de dopelingen zoals de andere broeders en zusters in Christus naast Gods zegen ook Zijn hulp nodig. Ook verwacht Jezus dat zij één zullen zijn zoals hij en zijn hemelse Vader één zijn.

“Voortaan ben ik niet meer in de wereld; maar zij blijven in de wereld, terwijl ik tot U kom. Heilige Vader, bewaar hen in uw naam, die Gij mij hebt gegeven; opdat ze één mogen zijn, zoals Wij.” (Johannes 17:11)

“Ik en de Vader zijn één.” (Johannes 10:30)

Nu zijn er de verbondenen in de ecclesia die één zijn. Maar daar is ook de hoop dat zij die nog niet de stappen hebben ondernomen om gedoopt te worden, door volledige onderdompeling in het zuiverende water, dat dezen mogen aangetrokken worden door het geloof en de verbondenheid van de aanwezige broeders en zusters in Christus. Ook zij hebben de zegen van God nodig en voor hen bidden de gedoopten dat ook zij zullen mogen ‘geheiligd’ of apart geplaatst mogen worden.

“Want God heeft ons niet tot onreinheid geroepen, maar tot heiligheid.” (1 Thessalonicen 4:7)

“Uit kracht van die wil, zijn wij ééns en voor al geheiligd door het Offer van het Lichaam van Jezus Christus.” (Hebreeën 10:10)

Hiertoe denken wij dan ook aan Jezus woorden:

“20  Ik bid niet voor hen alleen, maar ook voor allen, die door hun woord in mij geloven. 21 Mogen ze allen één zijn, gelijk Gij, Vader, het zijt in mij, en ik in U; mogen ze ook één zijn in Ons, opdat de wereld geloof zal hebben dat Gij mij gezonden hebt. 22 En de glorie, die Gij mij hebt gegeven, heb ook ik aan hen gegeven, opdat ze één zouden zijn, gelijk Wij één zijn: 23 Ik in hen, en Gij in mij.
Mogen ze volmaakte eenheid bezitten, opdat de wereld zal erkennen, dat Gij mij hebt gezonden, en dat Gij hen hebt bemind, gelijk Gij mij hebt liefgehad.

24  Vader, ik wil, dat zij, die Gij mij hebt gegeven, met mij mogen zijn, waar ikzelf ben; dat ze mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij mij hebt gegeven, omdat Gij mij hebt liefgehad vóór de grondlegging van de wereld. 25 Gerechte Vader, wel heeft de wereld U niet gekend, maar ik heb U gekend; en zij hebben erkend, dat Gij mij hebt gezonden. 26 Ik heb aan hen uw naam bekend gemaakt, en zal dit blijven doen, opdat de liefde, waarmee Gij mij hebt bemind, in hen moge zijn, en ik in hen.” (Johannes 17:20-26)

Nu zijn er de gedoopten om Jezus verder kenbaar te maken en om diegenen die nog de wereld toebehoren het ware pad te tonen waarbij ze Jezus zullen komen te volgen, zodat zij die de verkeerde weg voorschotelen ontmaskerd zullen worden zodat de ware geïnteresseerden niet tot de dood zullen geleid worden.

“Soms houdt men een weg voor de rechte, Die tenslotte uitloopt op de dood.” (Spreuken 16:25)

“Jezus sprak tot hem: Ik ben de weg, de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader, dan door mij.” (Johannes 14:6)

Het is nu aan de dopelingen om hun familieleden en vrienden de juiste deur te wijzen, zodat ook over hen Gods zegen zal mogen komen en zij een veilige haven zullen weten te vinden.

“Ik ben de deur: zo iemand door mij binnentreedt, zal hij veilig zijn, in- en uitgaan, en weiland vinden.” (Johannes 10:9)

“Door hem hebben we door het geloof toegang verkregen tot deze genade, waarin we vast zijn komen staan; door hem ook roemen we in de hoop op de heerlijkheid van God.” (Romeinen 5:2)

“Want door Hem hebben we beiden toegang tot den Vader in één Geest.” (Efeziërs 2:18)

“ — een nieuwe en levende weg, die hij ons heeft gebaand door het Voorhangsel heen, namelijk dat van zijn vlees,” (Hebreeën 10:20)

+

Voorgaande

1. Gebed voor onze samenkomst om iets groters te redden dan wij
2. Gods Woorden voor de pelgrimstocht #2 Woorden van God voor het leven
3. Een pelgrimstocht niet bepaald zonder hindernissen of obstakels #3 Beschikbaarheid, ontmoetingen en blootstelling aan verandering
4. Getrouwen aan God laten zich dopen
5. Al of niet thuis voelen in een kerk
6. Wat betekent het om bij een familie te horen
7. Wat betekent het om tot een kerkelijke gemeente te behoren
8. Deelnemers zich verenigend tot één lichaam

++

Vindt ook te lezen

1. Christus in Profetie #17: Psalm 72
2. Overdenking: De ware Christus: een mens als wij en toch volmaakt
3. Overdenking: Gemeenschap met de Vader en met Zijn Zoon Jezus Christus
4. Overdenking: De ware Christus: een mens als wij en toch volmaakt
5. Dienaar van zijn Vader
6. Eenheid in Jezus en Jezus in ons en God in hem
7. Ook Jezus bad tot God en drukte zijn zorgen uit
8. Voor ons gestorven om ons tot God te brengen
9. Aanwijzingen voor de Eenheid en Eenvoud te vinden
10. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #1 Geestelijke ondersteuning
11. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #2 Christenheid tegenover christendom
12. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #3 Groeiende beweging uit Joodse sekte De Weg
13. Voorbeelden voor een te volgen weg
14. De weg ten leven
15. Ware Christenen of volgers van de ware Christus Jezus of volgers van Jeshua #3 Volgers van de ware Jezus
16. Ware Christenen of volgers van de ware Christus Jezus of volgers van Jeshua #2 Aanhangers of verbondenen
17. Wanbegrip
18. Wees druk bezig met het belangrijke teken van geloof
19. Jullie zullen hiervan getuigenis afleggen
20. Wat levert het mij op?
21. Verzoening en Broederschap 1 Getrouwheid en vergoeding
22. Verzoening en Broederschap 2 Uit de eigen cocon stappen
23. Verzoening en Broederschap 7 Eén zijn
24. Verzoening en Broederschap 8 Samenkomende deelgenoten
25. De Ekklesia #1 De uitgeroepenen
26. Als de tijd ten einde loopt … 5 De weinigen die behouden worden